Werken bij ZORG

Zorgorganisaties Vlaamse Ardennen bundelen krachten voor  eerste dementievriendelijke regio
07.05.2025 ZORG

Zorgorganisaties Vlaamse Ardennen bundelen krachten voor eerste dementievriendelijke regio

De vergrijzing stelt onze zorgsector voor ongekende uitdagingen. In de Vlaamse Ardennen stijgt het aantal mensen met dementie naar verwachting met 44% tegen 2040. In een wereld waar digitale communicatie steeds meer de fysieke ontmoeting vervangt, neemt de vereenzaming toe. Tegelijk worden we ouder, met een stijgend aantal personen met dementie als gevolg. “De druk op de zorg zal alleen maar toenemen,” vertelt Eline Huysman, stafmedewerker bij ELZ Vlaamse Ardennen. Samen met Tess Vandermeulen van ELZ Panacea werkt ze aan een uniek regionaal initiatief dat de krachten bundelt van lokale besturen, zorgverleners en zorginstellingen om een dementievriendelijke regio te creëren.

De brug tussen zorg, welzijn en beleid  

Wat is de rol van een eerstelijnszone precies? 

Eerstelijnszones vervullen een sleutelrol in de samenwerking en afstemming tussen zorgprofessionals, welzijnsorganisaties en lokale besturen op het vlak van zorg en welzijn. “Alle eerstelijnszones zijn autonome vzw’s die vijf jaar geleden zijn opgericht,” legt Eline uit. “Ze ontstonden vanuit de vaststelling dat iedere zorgverlener op zijn eigen eiland werkt en dat een zorgvrager vaak zijn verhaal vijf tot tien keer moet doen voordat hij de juiste zorg krijgt.”  

Eline werkt als stafmedewerker bij de Eerstelijnszone Vlaamse Ardennen, dat zich uitstrekt van Ronse tot Gavere en van Kluisbergen tot Zwalm. “Onze eerstelijnszone omvat negen lokale besturen, waaronder enkele kleinere gemeenten en Oudenaarde, Ronse en Gavere als grotere gemeenten. Ik richt me vooral op de gezondheidsthema’s. Eerstelijnszones hebben vier kernopdrachten: het ondersteunen van kwaliteitsvolle zorg, afstemmen van zorgaanbod op zorgvraag, het ondersteunen van lokaal sociaal beleid en het uitdragen van de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen, zoals vaccinatie en preventie.”  

Tess, stafmedewerker bij ELZ Panacea, voegt toe: “We zijn een netwerkorganisatie die bruggen bouwt tussen zorg, welzijn en lokale besturen. De kerntaak van een eerstelijnszone draait om samenwerking en bewustwording: we capteren signalen, horen wat er leeft en faciliteren samenwerking. We identificeren hiaten, om zo gericht te kunnen anticiperen op wat komen gaat. Bij ELZ Panacea, dat Zottegem, Oosterzele en omgeving omvat, ben ik verantwoordelijk voor communicatie en werk ik rond projecten over (mentale) gezondheid.”  

Van cijfers naar actie 

Hoeveel mensen leven momenteel met dementie?   

Eline: “In Vlaanderen zijn er momenteel ongeveer 140.000 mensen met dementie, waarvan 4.000 met jongdementie. Dementie heeft niet alleen impact op de zorgsector, maar ook op de samenleving als geheel.”

Tess: “Dat lijkt misschien geen indrukwekkend aantal, maar de impact reikt veel verder. Rond elke persoon met dementie staat een hele kring van betrokkenen: partners, kinderen, vaak ook de ouders, collega’s... Vooral voor jongdementie is onze zorgstructuur nog onvoldoende aangepast.”

Van cijfers naar actie Hoeveel...

Zijn de cijfers echt zo alarmerend?   

Eline: “Absoluut, de zorgnood zal alleen maar toenemen. Sommige gemeenten in onze regio krijgen te maken met een toename van 44% tegen 2040. Voor Gavere en Wortegem-Petegem zijn die prognoses zelfs nog hoger.”

Tess: “Dat geldt voor heel Vlaanderen. Wereldwijd zien we dat in welvarende regio’s en gebieden met een oudere bevolking deze cijfers zeer uitgesproken zijn.”  

Hoe is het project ‘Dementievriendelijke Regio’ ontstaan?   

Eline: “Alles begon in 2022 met een omgevingsanalyse over zorg en welzijn. Eén van de cijfers die er hard uitsprongen, waren de prognostische cijfers rond dementie. Begin vorig jaar zijn we rond de tafel gaan zitten met het ziekenhuis van Oudenaarde. Hun algemeen directeur Hans Crampe was al bezig met het concept ‘dementievriendelijk ziekenhuis’. Hij bracht beide eerstelijnszones en de ZORG-ziekenhuizen samen om na te denken over een bredere aanpak.

Tess: “Uit die gesprekken kwam het idee om een netwerkdag te organiseren waarbij beleidsmakers en zorgprofessionals nadenken over toekomstgerichte zorg. “

Eline: “Waar VVSG (Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten) het concept ‘dementievriendelijke gemeente’ had gelanceerd, wilden wij verder gaan. We willen niet één gemeente of één ziekenhuis met een dementievriendelijk beleid, we willen streven naar een regio waar de persoon met dementie en de mantelzorgers zich ondersteund voelen. Door krachten te bundelen tussen eerstelijnszones, ziekenhuizen en lokale besturen kunnen we een aanpak ontwikkelen die structurele verbeteringen brengt. “

Tess: “Mensen met dementie en hun naasten botsen op vele uitdagingen: van een gebrek aan duidelijke zorgstructuren tot onvoldoende sensibilisering. Een dementievriendelijke regio betekent dat iedereen - van zorgverleners tot winkeliers en buren - zich bewust is van de noden van deze doelgroep en er op een gepaste manier mee omgaat. We willen ervoor zorgen dat mensen met dementie zo lang mogelijk op een waardige en zelfstandige manier kunnen leven, met ondersteuning van hun omgeving. Dat betekent inzetten op preventie, zorgoptimalisatie en het versterken van mantelzorgers.”

Congres als katalysator voor verandering 

Wat stond er te gebeuren op het congres ‘Samen naar een dementievriendelijke regio’? 

Eline: “Op 13 maart vond in Aarova Oudenaarde een breed gedragen initiatief plaats, georganiseerd door vijf kernpartners: drie ziekenhuizen (AZ Oudenaarde, AZ Glorieux en AZ Sint-Elisabeth) en twee eerstelijnszones (Vlaamse Ardennen en Panacea). “

Tess: “De voormiddag was gewijd aan een gemeenschappelijk kader. We presenteerden het referentiekader dementie en brachten het huidige zorglandschap in kaart. VVSG belichtte hoe het concept ‘dementievriendelijke gemeente’ kan evolueren naar een regionale benadering.”

Eline: “In de namiddag verdiepten we ons via interactieve workshops in vijf sleuteldomeinen: 

  • Technologische innovaties in dementiezorg (i.s.m. Thomas More Hogeschool)
  • Mantelzorgondersteuning (met inbreng van Alzheimer Liga Vlaanderen)
  • De opbouw van een dementievriendelijke gemeenschap (door VVSG)
  • Voorafgaande zorgplanning en palliatieve trajecten (i.s.m. Palliatief netwerk Levenseinde)
  • Beeldvorming (i.s.m. Expertisecentrum dementie Paradox)
  • Autonomie en persoonsgerichte zorg (o.l.v. Simon Godecharle) 

We sloten af met een multidisciplinair panelgesprek waar beleidsmakers en zorgprofessionals concrete toekomstige acties uittekenden.”

Tess: “We ontvingen maar liefst 112 bezoekers. Het publiek was zeer gevarieerd: van lokale besturen, over artsen, woonzorgcentra tot thuisverpleging.”

Het congres lijkt me dan eerder een startpunt dan een eindbestemming?  

Tess: “Zeker! Het congres markeerde het begin van een langetermijntraject. Op het congres wilden we niet alleen kennis delen, maar vooral concrete werkpunten identificeren. Nu gaan we aan de slag met het vormen van thematische werkgroepen die structurele verbeteringen zullen uitwerken. Het congres fungeerde als katalysator voor voortdurende kwaliteitsverbetering in de dementiezorg.”
Eline: “We maken een grondige analyse van de congresoutput en nodigen proactief mensen uit om het project verder vorm te geven. Tijdens het congres lanceerden we een ‘Call-to-Action’ waarbij deelnemers zich konden engageren voor specifieke vervolginitiatieven. Dit is geen eenmalig initiatief, maar een aanzet naar een blijvende verandering in hoe we met dementie omgaan in de Vlaamse Ardennen.”

Tess: “Het doel is een dementievriendelijke regio, en dat is niet na één congres gerealiseerd. Het congres diende enkel om het bewustzijn te creëren.”  

Eline: “Deze netwerkdag was een pilootproject. Voorlopig zijn in andere regio’s dergelijke initiatieven nog niet opgestart. Wie weet, inspireren we buurtregio’s.”

De gemeenschap als zorgpartner 

Wie kan nog bijdragen aan een dementievriendelijke regio? 

Eline: ”Iedereen heeft hierin een rol. Gemeenten kunnen investeren in dementievriendelijke publieke ruimtes en aangepaste dienstverlening. Burgers kunnen bijdragen door bewuster om te gaan met dementie in hun omgeving: een luisterend oor bieden, begrip tonen, of simpelweg een mantelzorger even ademruimte geven.” 

Tess: “We moeten terug naar het model van de zorgzame buurt. Lokale dienstencentra en het verenigingsleven zijn hierin onmisbaar. Vroeger was er vanzelfsprekend contact op straat, nu leven we geïsoleerder achter schermen en omheiningen. Die buurtzorg van vroeger moeten we in een hedendaagse context herwaarderen.”

Een toekomstgerichte aanpak voor een groeiende uitdaging 

De toename van dementie is onvermijdelijk, maar we kunnen ons gezamenlijk voorbereiden op deze maatschappelijke uitdaging. Door een geïntegreerde regionale aanpak bouwen we aan een omgeving waar mensen met dementie en hun mantelzorgers de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben.

Het congres van 13 maart was een eerste mijlpaal in een groter traject: de creatie van een samenleving waarin dementie geen stigma draagt maar een gedeelde verantwoordelijkheid vormt. Zorgprofessionals, lokale besturen en burgers kunnen samen de muren tussen mensen verlagen en de zorg voor elkaar versterken.